Tijd voor een heus sensatieverhaal, veroorzaakt door mezelf, geschreven door mezelf, en speciaal voor jullie. Het verhaal van hoe Lottes deelname aan het hostel-bootcamp (Ja, Lotte en bootcamp in een zin, lees maar rustig verder als jullie uitgelachen zijn) leidde tot een tennisbal en nog vroeger opstaan.
We schrijven dinsdag 29 oktober, omstreeks 18 uur. De Nederlandse meisjes in mijn hostel maken zich klaar voor hun wekelijkse bootcamp. Vorige week was ik er onderuit weten te komen (‘ik heb geen zin’), maar dat excuus leek deze week niet meer per sé te werken, het zou ook kunnen dat ik vorige week halvelings beloofd heb van wel een keer mee te komen. Enfin, ik heb me die bewuste dinsdag laten overhalen door het argument ‘je voelt je erna echt supergoed, joh!’ en ook een beetje met het gedacht dat ik me dan niet meer schuldig hoef te voelen over die goedkope Pringles, die hier in elke supermarkt naar mij lonken.
Ik dus mee naar een parkje in onze straat. Ik had de anderen al gewaarschuwd voor mijn conditiepeil, dat zich ergens ver onder de nul bevindt, en voor mijn totaal gebrek aan spierkracht, maar goed, ik mocht lekker op mijn eigen tempo gaan, en doen wat ik kon. Het begon ook echt heel goed, een toertje lopen, een paar oefeningen, een toertje lopen, een paar oefeningen, ik heb best nog veel meegedaan voor mijn doen (normaal als mensen zeggen ‘doe wat je kan op je eigen tempo’ komt dat neer op ‘zitten en af en toe een slokje water nemen’, maar toen kwam de gevreesde ‘cooling down’. Die bestond eigenlijk gewoon uit nog meer toertjes lopen, dus ik dacht, ok, nog een toertje of twee moet me toch zeker lukken. Uiteindelijk haalde ik de eerste 2 meter van het eerste toertje. ‘Hu, maar Lotte, hoe komt dat dan, met jouw conditie had je toch zeker nog twee toeren kunnen halen?’ – Dat is zeker, liefste lezers, maar het lot (zonder hoofdletter) besliste er anders over…
Wat je moet weten, is dat de toeren die we liepen altijd dezelfde waren, en dat er nooit eerder problemen waren geweest. Maar toen, na die eerste twee meter van de ‘cooling down’-toeren verscheen er ineens, vlak voor mijn voeten (en ik liep achteraan, dus het is echt héél snel verschenen, want de rest had er geen last van) een gigantisch gat in de grond. Een gat van wel een voet groot. Een gat, ideaal om je voet dwars in te leggen en de rest van je lichaam er dan maar ineens bij te leggen. Waarbij je knie nét genoeg over de stenen schuurt om een lekkere schaafwonde te veroorzaken, maar nog beter, waarbij je ook die dwarsliggende voet zo lekker kan omslaan dat het heel veel -en dat zeg ik niet gauw- pijn doet. En dat is dan ook exact wat ik gedaan heb. Gelukkig was ik na 2 meter nog niet zo heel ver achter, en riep ik ook luid genoeg, want vergeef me, fuck wat deed dat zeer, zodat mijn hostelgenootjes mij naar de dichtsbijzijnde bank konden begeleiden, want door een overdaad aan sterretjes voor mijn ogen was mijn oriëntatie niet meer wat het hoorde te zijn. Mijn stabiliteit ook niet echt meer trouwens.
En zo lieve vriendjes komt het dat ik hier nu zit, met een enkel ter grootte van een tennisbal een een half-stramme knie (aan twee verschillende benen uiteraard, zo handig ben ik dan ook wel). Het schooluitstapje naar de vulkaan is uitgesteld naar volgende week, en voor de rest trek ik voor alle noodzakelijke afstanden extra strompeltijd uit, wat maakt dat ik een half uur wandel/strompel/mank naar school, in plaats van een kwartier, en dus genoodzaakt ben nog vroeger op te staan (niet dat dat heel erg is, want vroeg wakker ben ik hier toch). Speciaal voor jullie voeg ik nog foto’s toe van mijn handicaps, ongeveer 20 uur na de feiten, omdat ik weet dat jullie mij graag zien, gehandicapt of niet.
Lachen is toegestaan (in het vuistje, als het effe kan), meeleven verplicht.
L
Ziet er pijnlijk uit… je maakt wat mee ginder ! toffe vlog ! 😉