Ik zei het toch, eindejaarslijstjes zijn mijn ding.
2019 was een recordjaar op het vlak van boeken lezen. Als je begint te tellen vanaf m’n volwassen leven tenminste, want vroeger, toen het nog stiekem onder m’n dekens moest oMdAt HeT tOcH eChT bEdTiJd WaS, waren het er ongetwijfeld nog meer. Het is trouwens ook het eerste jaar dat ik het aantal heb bijgehouden dus ik geef toe, het is een officieus record.
Op dit moment heb ik 57 boeken gelezen. En omdat ik het jullie niet wil aandoen om ze alle 57 aan te raden (dat verdienen ze trouwens ook niet allemaal), heb ik een mini-awardshow in elkaar gestoken in de vorm van deze blogpost. Avondkledij is niet verplicht, maar wordt wel geapprecieerd.
Meest inspirerend: Becoming – Michelle Obama
Het is een knoert van een boek, maar zo de moeite waard. En dat zeg ik niet alleen omdat er schattige foto’s van young Barack instaan. Michelle, ik wil graag beste vriendinnen worden, kunnen we dat regelen? En ik wil ook graag voor een dag first lady zijn. En ik wil ook graag tot aan je enkels komen als het gaat om simpelweg een goed mens zijn. Dit boek jongens, dit boek.
Meest absurd (1/2): De wonderbaarlijke reis van de fakir die vastzat in een Ikea-kast – Romain Puértolas
Het verhaal is nog maffer dan de titel, maar ik heb mij kostelijk geamuseerd.
Meest confronterend (maar op een goede manier): PAAZ – Myrthe v/d Meer
Over dit boek heb ik heel lang gedaan, om de simpele reden dat ik bij het eerste hoofdstuk zo hard moest huilen uit soort-van-maar-toch-niet-helemaal-herkenning dat ik het daarna lang niet meer aandurfde. Uiteraard heb ik het toch uitgelezen en het is heerlijk taboedoorbrekend, af en toe een beetje hard en gewoon goed.
Meest praktisch: Overprikkeld – Liesbeth Kamerling, Lieke Zunderdorp
Toen ik nog maar net doorhad dat mensen soms emmertjes van andere maten hebben, en dat dat van mij niet bovengemiddeld groot is, heb ik uit dit boekje wat praktische tips gehaald. Niet baanbrekend, wel helder.
Meest absurd (2/2): One More Thing – B.J. Novak
Een gekke verzameling van nog gekkere verhaaltjes. Ik heb ‘m voor de tweede (of derde?) keer gelezen dit jaar en ik moet er nog steeds hardop mee lachen.
Meest waar: Alles wat ik weet over liefde – Dolly Alderton
Ik ga de clou niet verklappen, maar truer words were never spoken. Alleen maar liefde voor dit boek (en de boodschap ervan).
Meest memorabel: Het no-nonsense meditatieboek – Steven Laureys
Deze heb ik pas vorige week gelezen, en dat verklaart misschien waarom deze zo vers in mijn geheugen zit, maar desalniettemin: dit is een verademing om te lezen in de zee van zweverige meditatienonsens. Lees het. Ook als je gruwelt van (het beeld dat je hebt van) meditatie. ’t Is met wetenschap enal.
Dichtst-bij-en-toch-ver-van-mijn-bed-show: #nietaankindengezinverklappen – Hanne Luyten
Ik heb geen kinderen, obviously, dus ik snap niks van heel dat loedermoederschap, maar ik heb moeten lachen en ongeveer een derde van dit boek gaat over mijn petekind, meer is er niet nodig om dit prestigieuze lijstje te halen.
Veel leespret en op naar nog meer boeken in 2020!
L
Die van Michelle Obama wil ik zeker ook nog lezen.