De kans dat ik ooit nog uit mijn bed geraak? Klein. De kans dat ik ooit mijn armen nog hoger dan een paar centimeter opgehoffen krijg? Zeer klein. De kans dat ik ooit nog kan gaan zitten? U raadt het al. Wegens een overschot aan energie en ongetwijfeld ook een vlaag van zinsverbijstering ging ik vanavond op zoek naar iets om die energie kwijt te raken en wat spieren bij te kweken. Want een beetje spiermassa altijd mooi meegenomen. Stel dat ik op straat eens zou worden aangevallen. Of een dolle hond wil met mij vechten. Dan zou ik niet meer alleen op een gezapig tempo kunnen wegjoggen -de enige skill die ik op dit moment bezit voor dat soort situaties- maar effectief kunnen terugvechten, de hond overmeesteren of eender wie dat verdient op z’n minst een deftige toek op zijn bakkes kunnen verkopen. Een waardevolle aanvulling op mijn cv, lijkt me.
Dus kwam ik terecht bij blogilates.com, waar immer enthousiaste Cassey -het liefst gekleed in zo weinig mogelijk short, zo weinig mogelijk sport-bh en inclusief sixpack- workouts deelt met het grote publiek. Ik had al van Cassey gehoord, en, dat geef ik toe, ik had ook de mensen die zich daaraan waagden al flink uitgelachen, maar besloot dus vandaag om het er toch eens op te wagen. In al mijn enthousiasme (mijn energiepeil en enthousiasme gaan hand in hand) keek ik over de beginnersworkouts heen en koos iets random uit: een 17 minuten durende full body workout – sinds vandaag ook wel de “ruïneer al je spieren en voornemens en sterf een tragische yogamatdood”-workout genoemd. 17 minuten, waarvan ik er zeker 6 heb meegedaan. Met als resultaat dat ik nu in mijn bed lig en overweeg om met het licht aan te slapen zodat ik niet meer naar het lichtknopje moet strompelen. En dan probeer ik vooral ook nog niet te denken aan de toestand van mijn ledematen morgenochtend.
Om nog maar te zwijgen over alle twijfels die dit kwartier waar ik mij in een opwelling heb ingestort mij bezorgd hebben. Eenieder die op een badhanddoek (de low-budgetversie van een yogamat) op de grond ligt met zijn benen in de lucht en de blik gericht op een computerscherm waarop een superstrakke Amerikaanse chick de hele tijd “I LOVE IT” ligt te roepen zou zichzelf -maar vooral ook die chick- in twijfel beginnen trekken. Niemand, Cassey, niemand doet zichzelf dat aan en schreeuwt ondertussen zijn liefde ervoor nog eens uit. Niemand doet dit en brengt ondertussen überhaupt nog iets anders uit dan gekreun. En dan ook net als ik opgegeven heb en als een spastische, halfdode vis lig uit te puffen roepen dat ik goed bezig ben en dat ik nu niet mag opgeven? Slechte timing, Cassey, uiterst slechte timing. Al mijn enthousiasme op 17 minuten ver onder mijn pseudoyogamat de grond ingeboord.
Gelukkig herstelt mijn enthousiasme zich nogal snel en misschien, heel misschien, als mijn spieren niet meer boos op mij zijn, mijn ego hersteld is en mijn energiepeil weer eens ongekende hoogten bereikt, probeer ik de beginnersworkouts wel eens. En misschien, heel misschien eindig ik dan ook wel superstrak op een echte yogamat met een enthousiaste glimlach van oor tot oor. Misschien.
I LOVE IT (maar niet heus)
L